Richtlijn nodig voor huisartszorg aan patiƫnten met psychotische stoornissen

Patiƫnten met psychotische stoornissen hebben een grotere kans op bijkomende lichamelijke aandoeningen als overgewicht, suikerziekte, hart- en vaatziekten en longziekten.

Zij hebben een kortere levensverwachting. Door hun sociale en cognitieve beperkingen en omdat deze patiënten niet altijd een duidelijke hulpvraag hebben, is het voor huisartsen moeilijker in te schatten welke geneeskundige zorg er nodig is. Hierdoor worden aandoeningen bij deze patiëntengroep vaak later vastgesteld en behandeld.
Onderzoek Uit onderzoek van UMCG-promovendus Marian Oud blijkt dat huisartsen het opsporen en behandelen van lichamelijke aandoeningen bij psychose-patiënten tot hun verantwoordelijkheid rekenen, maar dat zij hierin nog geen uniform beleid voeren. Om deze patiëntengroep beter te kunnen helpen, is zorg met een “brede benadering” nodig. De huisarts moet niet wachten tot de patiënt of zijn familie om hulp komt vragen, maar moet de patiënt regelmatig zien. Zo blijft hij beter op de hoogte van de geestelijke en lichamelijke gezondheid van de patiënt en zijn leefomstandigheden, en kan hij tijdig de juiste zorg leveren. Samen met de patiënt moet de huisarts een juiste balans vinden tussen toekijken en bemoeien, aldus de promovendus.

CV
Marian Oud (Beverwijk, 1951) studeerde geneeskunde in Groningen en werkt sinds 1988 als huisarts in Groningen. Ze verrichtte haar onderzoek aan de afdeling Huisartsgeneeskunde van het Universitair Medisch Centrum Groningen (UMCG) en binnen de onderzoeksschool ‘SHARE’. Het onderzoek werd mede gefinancierd door de Stichting Stoffels-Hornstra, het Rob Giel Onderzoekscentrum en de Stimuleringsregeling Inbedding Kaderopleiding GGZ van het ministerie van VWS.

Bron: Rijksuniversiteit Groningen (oktober 2009)